De Regenboogbrug

Quint 1984-1988

Onze eerste “York” werd in 1984 door tussenkomst
van de rasvereniging gevonden. Een reutje, Quint. Het probleem met Quint bleek later zijn overmoed. Quint was niet alleen heel waaks en moedig maar ook heel slim. Hij had ontdekt hoe hij zich tijdens het uitlaten al spelende uit de lijn kon bevrijden. Hij had ook de illusie elke hond de baas te zijn. Zijn territoriumdrift werd steeds groter. Quint zag zijn kans schoon toen hij de Dobermann van de buren in het oog kreeg. Deze snelle, zelf gekozen, bevrijding werd hem fataal. Quint was niet sterker dan de Dobermann. Hij overleed in 1988, vier jaar en vijf maanden oud.


Waldo 1985-2000

In 1985 kwam Waldomar bij ons wonen. Dezelfde vader en moeder als Quint maar een hond met een heel ander karakter. Veel te lief voor een terriër, een echte knuffelhond. Waldo was gelukkig als hij bij ons was, speelde niet, hield niet van vechten en stoeien maar wilde rust. Gewoon lekker op schoot liggen. En toen ging het niet meer, Waldo was moe, kon en wilde niet verder. Wij moesten toen zijn lot gaan bepalen waarna Waldo, onze knuffel, na vijftien gelukkige jaren, thuis vredig is ingeslapen.

 

 

Alwin from the Golden Dream 1988-2000

Kort na het overlijden van Quintje kwam Alwin als maatje voor Waldomar de gelederen versterken. Hij was een echte terrier, zeer aan het eigen domein gehecht en daardoor waaks en argwanend naar vreemden. Maar ook zeer loyaal naar allen die hij geaccepteerd had en hij was ook een echte steun en toeverlaat voor Waldo. Het was drie maanden na het overlijden van Waldo toen Alwin, midden in de nacht, even heel kort en doordringend piepte. Alwin overleed, zomaar, zonder enige aanwijsbare reden. Een levenslustige hond, zonder afwijkingen en kwalen, overleed van het ene op het ander moment. En toen werd het stil in huis, heel erg stil.

 

 

 

 

 

 

 

 

Comments are closed.